maandag 4 januari 2016

Gemiste start...

Het heeft even geduurd (waar en wanneer hoorde ik dat nog?) maar uiteindelijk is het er dan toch van gekomen: mijn eerste bijdrage van het nieuwe jaar op deze blog. De reden waarom ik niet vanaf dag één stond te springen om aan het klavier te zitten ziet U hiernaast. En neen, het is niet wat U denkt. Jaren terug had U met recht en reden mogen vermoeden dat heer Polo uit de oudejaarsbocht was gegaan. Dat een copieus feestmenu samen met overmoedig drankgebruik hun tol hadden geëist en mij voor de porseleinen pot op de knieën gedwongen. Niets van dit alles,  geen overdaad noch bacchanaal lag  deze keer aan de oorsprong van mijn knieval. Zelfs geen gebrek aan rust gekoppeld aan een mix van het voorgaande. Neen, een doodgewone maar al even geniepige griepaanval moet de oorzaak van deze oncomfortabele situatie geweest zijn waarin ik mij tijdens de overgang van de eerste naar de tweede dag van het jaar heb bevonden. Nu ja, er zijn veel erger dingen dan dit. Toch had ik gehoopt met al die wensen voor een goede gezondheid en een overvloed aan 'al het beste voor 2016' dat ik op 2 januari meteen gezond weer op had gekund. IJdele hoop: de maag bleek behoorlijk van slag, tijdens de ochtenduren kropen de van oudsher bekende spier- en gewrichtspijnen in m'n lijf en toen ik wilde opstaan zette een valselijk onderhuidse hoofdpijn een eerste aanval in. Als daarenboven ook de smaakpapillen dienst weigeren, dan zit er niet veel anders op dan toe te geven dat je slachtoffer bent van een influenzanale besmetting en dat het een paar dagen uitzieken wordt. Zover sta ik dus nu...

Het laatste wat ik meeneem uit het voorbije jaar is dat Zjef Vanuytsel ons heeft verlaten. Strijd gestreden. Laatste gevecht verloren. Geen zotte morgen meer, niet meer wakker worden. Ook niet met een houten kop. Zijn kleinkunstklassiekers hebben mijn post-puberteit gekleurd. Romantiek die ik zelf niet kon of wilde verwoorden kwam dankzij Zjef uit de 33 toeren-vynil. Wie in 'mijnen tijd' het Engels of Frans niet voldoende machtig was om te verstaan waarover de buitenlandse toppers zongen was aangewezen op Nederlandstalige equivalenten. En onder hen dan nog graag de strafste Vlaming,  Zjef Vanuytsel: zoals zijn "Zotte morgen" is er maar één, met "Ik weet wel mijn lief" zijn heel wat plooien glad gestreken en met "High society" haalden we onze gram tegenover de burgerij en andere welgestelden. En als het over iets en niets moest gaan en tegelijk alles moest verwoorden dan draaiden we "Het dorp". "De stilte van het land" is dan weer pure nostalgie om de gevoelswereld te vullen bij twijfel, of gewoon goed om heel mooie muziek te beluisteren. RIP Zjef, bedankt... en gelukkig blijft je muziek. Zou ik eindelijk eens mijn eigen muzieklijsten gaan samenstellen? Heb de laatste tijd zoveel knappe dingen gehoord en (her)ontdekt. Misschien een idee om deze gemiste start goed te maken?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten